Match met Bert: de kers op de taart

Welzijnsconsulent kijkt breder dan de Wmo

“Kijk,” wijst meneer Huibers (78) naar een platenspeler in zijn woonkamer in Achterberg. “Bert weet daar wel een oplossing voor, om dat geluid weer wat op te poetsen. Hij heeft net zo’n technische bril als ik,” vertelt meneer Huibers met een glimlach. Dorpsgenoot Bert (64) komt sinds twee maanden wekelijks op de koffie bij meneer Huibers. Een mooie match, met hulp van welzijnsconsulent Kitty van den Hoek. Over dagbesteding wordt nu niet meer gesproken.

Meneer Huibers woonde het grootste deel van zijn leven in Wageningen. Onverwachts scheidde zijn vrouw van hem, na 30 jaar huwelijk. De woning in Wageningen werd verkocht en meneer Huibers verhuisde naar een mantelzorgunit op het erf van zijn zoon in Achterberg. Daar raakte meneer Huibers in een neerwaartse spiraal. Gesprekken met een psycholoog leverden weinig op. Zijn zoon zocht contact met het sociaal team van de gemeente Rhenen. In eerste instantie om dagbesteding aan te vragen bij de Wmo. “Ik was een keer ‘op proef’ geweest daar,” schetst meneer Huibers. “De verzorgenden waren aardig en ik had gespreksstof met de bezoekers daar omdat ik ook uit Wageningen kom. Het leek mij wel wat.”

Breder kijken
Maar de medewerkers van het sociaal team zagen meer mogelijkheden dan alleen Wmo en dagbesteding. Zij schakelden welzijnsconsulent Kitty van den Hoek in van Welzijn Rivierstroom. Kitty: “Als welzijnsconsulent kijk ik vooral naar alles wat je zonder indicaties kunt doen. Met de nadruk op dat laatste. Bijvoorbeeld in het verenigingsleven, bij vrijwilligersorganisaties, in je eigen buurt en met mensen waar je een klik mee hebt. Wat geeft iemand weer een beetje vreugde en plezier? Welke activiteiten leveren contacten op? Ik kijk breed en neem de tijd tijdens een huisbezoek.”

De rommelkamer
“Meneer Huibers voelde zich erg somber,” gaat Kitty verder. “Hij woonde op een plek waar hij niemand kende behalve zijn zoon. De dagelijkse dingen kostten steeds meer moeite door zijn artrose en zijn geheugenklachten namen toe.” Maar meneer Huibers bleek ook een mooie ‘rommelkamer’ te hebben. “Hij opende tijdens dat gesprek letterlijk de deur naar zijn interesses. Want in die rommelkamer stond allerlei audioapparatuur. Dat was altijd zijn hobby geweest.”

Samen op verkenning
Samen verkenden meneer Huibers en welzijnsconsulent Kitty mogelijke activiteiten in Achterberg en Rhenen. Ze bezochten de Buurtgarage in Rhenen en het Dorpshuis in Achterberg. Met zijn zoon sloot meneer Huibers aan bij een lokaal maaltijdinitiatief in het dorp. Hij ging deelnemen aan muziekmiddagen, georganiseerd door Santé Partners en Welzijn Rivierstroom in de Buurtgarage in Rhenen-Hoog. En hij werd vaste bezoeker van de koffieochtenden in het Dorpshuis. Maar de kers op de taart was dorpsgenoot Bert: Kitty bracht de beide heren met elkaar in contact en het klikte.

Op weg geholpen
Meneer Huibers had oorspronkelijk gevraagd om dagbesteding via de Wmo. Is hij tevreden met wat hij uiteindelijk kreeg? “Ja,” klinkt het volmondig. “Kitty heeft zich voor mij ingespannen en dat heb ik erg gewaardeerd. Kijk, bij een dagbesteding is alles verzorgd, je wordt gehaald en gebracht. Maar het staat ook erg op zichzelf. Ik wilde me juist meer thuis voelen hier in het dorp en de omgeving. Hier meer onder de mensen zijn. Nu rijd ik nog auto, maar er komt een moment dat dat niet meer gaat. Dan is het fijn als ik mensen en activiteiten in de buurt ken. Kitty heeft me daarmee op weg geholpen. De match met Bert was daarin de kers op de taart,” lacht meneer Huibers.

Een besparing op de Wmo?
Is de welzijnsconsulent dus een manier om het beroep op de Wmo te beperken? Kitty: “Dat kan zeker een effect zijn, maar het is niet het eerste doel. De inzet van de welzijnsconsulent is bedoeld om tot betere oplossingen te komen voor inwoners. En een Wmo-voorziening is niet altijd de betere oplossing.”

Dat geldt ook voor wat huisartsenpraktijken, de thuiszorg of de 1e lijns GGz bieden, legt Kitty uit. “Meer pillen, meer zorg of meer praten is niet altijd in het belang van een inwoner zelf. Bouwen aan je contacten, je tijd nuttig en leuk besteden en actief blijven, dát doet een hoop voor je gezondheid. Je krijgt er letterlijk meer levensjaren door. Maar niet iedereen kan dat spontaan. De welzijnsconsulent biedt steun in de goede richting. De bijvangst is dat het sociaal team, de huisarts en de psychiater zich kunnen richten op dat waar ze goed in zijn, inwoners voorzien van passende hulp en zorg.”